De Visscher Joseph Augustinus

De Visscher Joseph Augustinus (Gustaaf)

Naam: De Visscher Joseph Augustinus (Gustaaf)

Geboren te: Beerse

Geboren op: 1896-10-04

Overleden te: Kaaskerke

Overleden op: 1916-07-19

Burgerlijke stand: ongehuwd

Laatst gekend adres: Beerse, Dijkstraat nr. 21

Beroep: leerling in Sint-Victor in Turnhout

Joseph Augustinus DE VISSCHER (°Beerse 04-10-1896) was een zoon van Joannes Baptista DE VISSCHER (°Vosselaar 17-09-1854) en Isabella VAN DEN BOSCH (°Merksplas 05-02-1856). De ouders waren in Merksplas gehuwd op 3 januari 1896. Zijn vader was toen meestergast in steenbakkerij De Edelsteen en ze woonden in het huis van de meestergast op de Dijkstraat nr. 21 in Beerse. Joseph August, die iedereen ‘Gustaaf’ noemde, kreeg nog een broer: Edmond Petrus (°24-01-1899).

Jan Baptist DE VISSCHER was voordien al twee keer gehuwd geweest. De eerste keer huwde hij met Anna Catharina MOSTMANS (°Beerse 30-07-1858, dochter van wijlen Cornelius MOSTMANS en Joanna DANEELS) in Beerse op 16-01-1878. Uit dit huwelijk werd Ludovicus geboren (°Beerse 13-01-1879). De moeder overleefde die geboorte maar met een week en overleed op 20 januari 1879, slechts 20 jaar oud. Een tweede keer huwde hij met (een andere) Anna Catharina MOSTMANS (°Beerse 18-08-1853, dochter van Joannes Baptista MOSTMANS en Maria Elisabeth MERTENS), ook in Beerse op 12-01-1881. Eerst woonden ze korte tijd in Vosselaar en werd Maria Carolina (°24-10-1881) geboren. In 1884 was Joannes Baptista opzichter geworden in een fabriek in Beerse en woonden ze daar weer, daar werden Maria Theresia (°26-07-1884) en Petrus Josephus (°24-01-1887) geboren. Een vierde bevalling werd de moeder fataal: ze overleed op 23 maart 1891 om 9 u. en om 10 u. werd in hun woning in het gehucht Oosteneind ‘een levenloos kind van het mannelijke geslacht gescheiden uit den schoot van zijnen overleden moeder’.

Toen de oorlog uitbrak was Joseph August nog maar 17 jaar en leerling in het Sint-Victorinstituut te Turnhout. Deze middelbare school werd opgericht in 1899 door de Broeders van Liefde uit Gent. In het schooljaar 1913-1914 waren er 564 leerlingen, waarvan 330 internen en 246 externen. Het eerste oorlogsschooljaar 1914-1915 begon op 2 november 1914 met 60 internen en 80 externen. Zoals vele anderen, startte Joseph August DE VISSCHER dat schooljaar niet… 

In 1920 woont de vader in Beerse op Brug nr. 4/nr.43, in 1921-1922 en later op Veld nr. 42/nr. 43…

Gustaaf DE VISSCHER trekt begin 1915 de Nederlandse grens over om het Belgische Leger te vervoegen en treedt op 5 februari 1915 in dienst als oorlogsvrijwilliger. Hij heeft zijn militaire dienstplicht nog niet vervuld. Om de basistraining van infanterist te krijgen wordt hij naar een C.I. (Centre d’Instruction)  gestuurd, waar was niet te achterhalen. Daar blijft hij van 15 februari tot 21 oktober 1915, gedurende 8 maanden en 5 dagen. Dan wordt hij als soldaat 2de klas toegevoegd aan het 11de Linieregiment, krijgt het stamnummer 111/63940 en behoort tot het 1ste bataljon, 2de compagnie. Het 11de Linie is onderdeel van de 11de gemengde brigade en strijdt in de 3de Legerdivisie. Hij wordt daar korporaal, wanneer precies vermeldt het militair dossier niet.  Sommige documenten vermelden ook de stamnummers 940 en 53374 (?).

Het 11de Linie vecht aan het front, tussen Diksmuide en Veurne, aan beide zijden van de IJzer. Op 19 juli 1916 krijgt Gustaaf een schrapnelsplinter in de nek in de loopgrachten van de Dodengang te Kaaskerke (nu een deelgemeente van Diksmuide).  Een schrapnel is een granaat gevuld met loden of stalen kogels. Hij sterft aan zijn verwondingen. Hij is slechts 19 jaar oud en zo de jongste gesneuvelde uit Beerse.

Nog dezelfde dag wordt hij begraven op de begraafplaats van Adinkerke in graf nr. 1606. Op 13 augustus 1921 worden zijn stoffelijke resten overgebracht naar zijn geboortedorp Beerse en begraven op de gemeentelijke begraafplaats; inmiddels werd daar zijn graf verwijderd.

Op 1 mei 1924 doet de rechtbank uitspraak over zijn overlijden en het vonnis wordt doorgestuurd naar de gemeente Beerse zodat zijn overlijdensakte kan bijgeschreven worden in de registers van de burgerlijke stand van de gemeente.

Gustaaf DE VISSCHER was slechts 10 maanden in frontdienst, hij heeft dus geen recht op frontstrepen (de eerste frontstreep kreeg men pas na een volledig jaar in frontdienst).

Op 20 juni 1921 vraagt zijn vader te Beerse de strijdersbegiftiging aan bij het V.O.S.. Op 19 augustus 1921 is het Ministerie van Landsverdediging klaar met de berekening. Voor de 10 maanden aan het front (aan 75 frank) en de 8 maanden achter het front (aan 50 frank) hebben de nabestaanden recht op 1150 frank. Hiervan worden de 300 frank familiebegiftiging die ze al gekregen hebben, nog afgetrokken, zodat er voor de nabestaanden nog 850 frank rest.  

Postuum worden aan Joseph Augustinus DE VISSCHER de onderscheidingen van ‘Ridder in de Orde van Leopold II’ en het ‘Oorlogskruis’ toegekend bij K.B. van 15-09-1917.

Aan het ouderlijke huis op de Dijkstraat nr. 21 in Beerse werd in 1919 een gedenkplaat aangebracht voor Gustaaf.

De naam van Joseph August DE VISSCHER staat op de gedenkplaat van de oud-leerlingen van het Sint-Victorinstituur te Turnhout ‘Sneuvelden voor Recht en Vrijheid’ vermeld als DE VISSCHER A. .

http://zoekakten.nl/prov.php?id=AW

militair dossier

https://www.wardeadregister.be/nl/dead-person?idPersonne=11747

https://files.warveterans.be/pdf/A21/10342.PDF

https://database.namenlijst.be/publicsearch/#/person/_id=603EE595-297B-11D2-B12B-BE2CDE1F7030

informatie van de heemkundige kring De Vlierbes (Beerse)

Tekst over Gustaaf De Visscher uit het artikel ‘Beerse in de Eerste Wereldoorlog’ door Jos Geerts, Jan Van Nyen, Emiel Snels en Leo Dignef, gepubliceerd in jaarboek 20 (1998) van de heemkundige kring De Vlierbes te Beerse

Opgesteld door Kristien Lenaerts, Thomas Van Offenwert (SVT) en Bart Sommen (SVT).