Marchand Victor Joseph Marie Ghislain

Marchand Victor Joseph Marie Ghislain

Naam: Marchand Victor Joseph Marie Ghislain

Geboren te: Ittre

Geboren op: 1890-11-11

Overleden te: Haacht

Overleden op: 1914-08-26

Burgerlijke stand: ongehuwd

Laatst gekend adres: Merksplas(Merksplas-Kolonie), Kolonie

Beroep: vrijwilliger in het leger

Victor Joseph Marie Ghislain MARCHAND was een zoon van Victor Joseph Ghislain MARCHAND (°Nivelles/Nijvel, Waals-Brabant 11-04-1867) en Henriette Ghislaine REMY (°Ittre, Waals-Brabant 20-02-1868). De ouders huwden in Ittre op 17-06-1889. Voor hun huwelijk woonden ze allebei al in Tournai/Doornik, Henegouwen; de vader was bediende van beroep. Hoewel het gezin ten tijde van zijn geboorte in Doornik woonde, werd Victor Joseph Marie Ghislain in Ittre geboren op 11-11-1890. Zijn vader is dan ‘employé de prison’, bediende in de gevangenis. In 1920 is zijn vader adjunct-directeur in de Kolonie te Merksplas. Het gezin woonde voordien al in Merksplas in de Kolonie.

Victor J. M. G. Marchand was ongehuwd en vanaf 1912 vrijwilliger in het Belgische Leger. Het was niet te achterhalen of dit gezin nog meer kinderen telde.

Victor MARCHAND is vanaf 1912 beroepsvrijwilliger in het Belgische leger en begeeft zich op 1 augustus 1914, bij de algemene mobilisatie, naar zijn garnizoen in Antwerpen. Hij is op dat ogenblik sergeant en heeft het stamnummer 59275. Hij begint zijn oorlog in het 5de Linieregiment dat meteen als onderdeel van de 5de gemengde brigade ontdubbeld wordt in twee regimenten, het 5de en het 25ste Linie. Hij wordt bij het 25ste gezet in het 3de bataljon, 2de compagnie. De 5de gemengde brigade vecht in de 2de legerdivisie. Op 4 augustus wordt de 2de legerdivisie van Antwerpen naar Leuven overgebracht en rukt op in de richting van Boortmeerbeek en Over-de-Vaart.

Op 18 augustus beslist Koning Albert het Belgische Leger terug te trekken in de Vesting Antwerpen. Hij zet de troepen wel in voor grootscheepse uitvallen uit Antwerpen tegen de eerder zwak verdedigde noordflank van het Duitse leger. Zo wordt de druk op de Franse en Britse troepen die meer zuidwaarts vechten wat verlicht.

Het 6de Linieregiment rukt op langs de Stationstraat te Haacht, richting de brug van Kampenhout. Het 25ste Linieregiment wordt ter versterking toegevoegd aan het 6de Linie bij het station van Haacht. In beide kampen zijn de verliezen zwaar. In de nacht van 25 op 26 augustus worden de gewonden verzameld. In de vroege ochtend van 26 augustus hernemen de Belgen hun aanval op de Duitse stellingen, onder bescherming van een hels bombardement. Maar intussen zijn de Duitse versterkingen toegekomen. ‘De Duitsers schoten onnauwkeurig en niet gericht. Twee granaten doorboorden de kerktoren van Haacht. Maar er werd vooral gevochten met het geweer. De Belgen zaten in de bomen van het Schoonbroek, de Duitsers ten zuiden van de spoorweg. De Belgen schoten drie linies Duitsers af tussen Haacht en Haacht-Station. Er vielen veel gesneuvelden aan beide kanten. Veel Duitsers vielen aan de brouwerij van Haacht,’ weet een ooggetuige jaren later nog te vertellen. Om 10u30 is de toestand in Haacht onhoudbaar geworden. De tol is groot. Het is die dag dat Victor MARCHAND als ‘vermist’ wordt opgegeven.

In een poging het graf van Victor MARCHAND te vinden, worden enkele van zijn strijdmakkers ondervraagd in juni 1921. Ze weten alleen te vertellen dat hij tijdens de gevechten in Haacht op 26 augustus 1914 gewond werd. De archieven van die periode zijn echter verloren gegaan, zodat er geen verdere inlichtingen kunnen gegeven worden. Hij komt ook niet voor in de lijsten van het Rode Kruis. Ook in Dinant en Namen wordt naar inlichtingen en getuigen gezocht, echter zonder resultaat.

Na de gevechten van ‘De slag van twee dagen’ werden 62 Belgische gesneuvelde soldaten begraven in een grote put in het Schoonbroek, 102 op het militaire kerkhof in Haacht. Waar Victor Marchand precies begraven is, is niet geweten.

In 1925-1926 werd, om de graven uit de omgeving te concentreren, een verzamelbegraafplaats aangelegd in Veltem-Beisem. Nu liggen daar 904 Belgen waarvan er 239 niet geïdentificeerd konden worden. De meesten kwamen om bij de gevechten bij Haacht, Wespelaar, Keerbergen, Werchter en Rotselaar tijdens de uitvallen uit Antwerpen. De kans is groot dat de stoffelijke resten van Victor Joseph Marie Ghislain MARCHAND daar als ‘onbekend’ rusten.     

Van 1 augustus tot 26 augustus 1914 is Victor MARCHAND in frontdienst, uitgeteld: 26 dagen. Hij heeft dus geen recht op frontstrepen (de eerste frontstreep krijg je pas als je één jaar in frontdienst bent).

Op 12 november 1920 vraagt zijn vader, Victor Marchand, de strijdersbegiftiging aan bij het V.O.S. afdeling Merksplas. Omdat Victor junior 1 maand frontdienst heeft gedaan, zou hij recht hebben op 75 frank, maar omdat de familiebegiftiging van 300 frank hiervan wordt afgetrokken, krijgen zijn nabestaanden 0 frank. (beslissing 18-04-1922)

Op 15 februari 1922 spreekt de rechtbank een vonnis uit over zijn overlijden te Haacht. Dit vonnis wordt doorgestuurd naar de gemeente Namen om in te schrijven in de registers van de burgerlijke stand.

In het portaal van de Sint-Willibrorduskerk in Merksplas bevindt zich een gedenkplaat in messing waarop een gevallen soldaat afgebeeld is die het gelaat opricht naar het kruis. Achter de soldaat staat ‘Voor het Vaderland’, achter het Kruis ‘Voor het Menschdom’. Op de plaat staat: ‘Tot zalige gedachtenis der helden van de parochie Merxplas gesneuveld voor het vaderland’ en de 18 namen van de gesneuvelden uit Merksplas, o.a. V. MARCHAND en de Latijnse tekst ‘1914 Pie Jesu Domine dona eis requiem 1918’.