Van Gisbergen Franciscus Joannes Albertus

Van Gisbergen Franciscus Joannes Albertus

Naam: Van Gisbergen Franciscus Joannes Albertus

Geboren te: Arendonk

Geboren op: 1890-10-31

Overleden te: Wakkerzeel

Overleden op: 1914-09-11

Burgerlijke stand: ongehuwd

Laatst gekend adres: Arendonk, Wippelberg // Hovestraat nr. 48

Beroep: huisschilder

Franciscus Joannes Albertus (Frans) VAN GISBERGEN werd geboren op vrijdag 31 oktober 1890 in het gezin van Guilhelmus Josephus (Willem) VAN GISBERGEN (°Arendonk 10-03-1863) en Elisabeth JACOBS (°Arendonk 06-11-1864). De ouders waren in Arendonk gehuwd op 8 januari 1890. Het ouderlijke huis lag op de Wippelberg. Zijn vader, de broer van zijn vader en zijn grootvader waren huisschilders op de Wampenberg nr 4. In 1921 woonden zijn ouders in de Hovestraat nr 48 te Arendonk. Na Frans waren er in het gezin op de Wippelberg nog negen geboortes: Wilhelmus Clementinus Silvester (°31-12-1891/+Knokke 05-10-1967), Maria Catharina (°08-09-1893), levenloos (m) VAN GISBERGEN (°/+Arendonk 24-08-1895), Maria Leonarda (°21-06-1896), Anselmus Alphonsus (°23-02-1898), levenloos (v) VAN GISBERGEN (°/+ Arendonk 30-10-1900), Anna Maria Josepha (°18-11-1901), Albertus Joannes Franciscus (°07-09-1903/+Arendonk 21-01-1904) en Joannes (°10-11-1906).

Franciscus VAN GISBERGEN was voor de oorlog huisschilder van beroep en ongehuwd.

Frans VAN GISBERGEN was van de lichting 1910 en kreeg het stamnummer 55989. Hij vervulde zijn dienstplicht als soldaat in het 5de Linieregiment.

Vanaf zijn mobilisatie op 1 augustus 1914 behoort Frans bij het 5de Linieregiment , 1ste bataljon, 2de compagnie, onderdeel van de 5de gemengde brigade. Het 5de Linie strijdt in de 2de Legerdivisie.

Hij neemt deel aan de slag bij de Molen van Rotselaar. Om de Duitse opmars naar Frankrijk af te remmen gingen 80.000 Belgische soldaten van 9 tot 13 september 1914 de bloedige confrontatie aan tussen Werchter en Londerzeel. Vooral soldaten van het 5de en 25ste linieregiment van Majoor Tielemans zetten vanuit het toenmalige gehucht de Molen in Rotselaar de aanval in op Wijgmaal, waar de vijand achter het vaartkanaal lag. In de rug gedekt door grenadiers trokken de Belgen aan de weg tussen Rotselaar en Wijgmaal via de smalle, stenen brug – een flessenhals waar ze een makkelijk doelwit vormden – in looppas de Dijle over. Meteen werden ze al aan de watermolen hevig beschoten door Duits artillerievuur en veldkanonnen. Direct vielen er vele slachtoffers. Ook in Wakkerzeel, dat tussen de Dijle en de Vaart ligt, kwamen ze zwaar onder vuur te liggen. Op het slagveld werden er 325 Belgische lijken van soldaten van de 5de Gemengde Brigade geteld. De verwondingen bij zowel doden als gewonden moeten onder meer door de uiteenspattende granaten gruwelijk zijn geweest. De Belgen mochten pas na het weekeinde op maandag, wanneer de Duitsers zelf al hun slachtoffers hadden afgevoerd, de verregende Belgische gewonden van het slagveld verwijderen. Achtergebleven burgers werden door de Duitsers verplicht de doden van het slagveld te halen. Het is tijdens het gevecht te Wakkerzeel–Hambos op 11-12 september 1914 dat Frans vermist geraakt. Hij is waarschijnlijk overleden op 11 september 1914. Zijn exacte overlijdensdatum is onbekend.

Uit het dagboek van pastoor Coveliers: ‘Dinsdag 13 april 1915 te 9 u. loopt de kerk vol voor de plechtige lijkdienst van Frans Van Gisbergen, gesneuveld voor het vaderland te Wackerzeel op 11 september 1914.’ E.H. Coveliers brengt hulde ‘aan deze dappere soldaat, die als slachtoffer viel van zijn plicht en vaderlandsliefde bij het verdedigen van onze rechten en onafhankelijkheid.’

Er is momenteel ook nog geen graf van hem gevonden. 325 Belgische gesneuvelden werden na de slag te Rotselaar begraven op het Wijngaardveld (vandaag tussen de Wijngaard en Druivenstraat). Streekbewoners noemen de begraafplaats ‘het Kerkhof van het 5de Linie’.

Op 16 december 1921 wordt een onderzoek gestart door in Arendonk te informeren naar het adres van de nabestaanden van Frans VAN GISBERGEN. De gemeente Arendonk laat op 19 december 1921 weten dat de ouders op de Hovestraat nr. 48 wonen. Frans Van GISBERGEN heeft van 01-08-1914 tot 11-09-1914 (1 maand en 11 dagen) aan het front gestreden en heeft dus geen recht op frontstrepen (de eerste krijg je pas na één jaar frontdienst).

De administratie i.v.m. Strijdersbegiftiging rondt zijn frontdienst af tot 2 maanden. Zijn nabestaanden hebben dus recht op 2 x 75 frank = 150 frank waarvan 300 frank familiebegiftiging wordt afgetrokken, dus 0 frank. (beslissing op 29-03-1922)

Op 23-03-1923 krijgt Franciscus Joannes Albertus VAN GISBERGEN postuum de onderscheiding van ‘Ridder in de Orde van Leopold II met palm’.

In 1925-1926 worden de lichamen van de in de streek gesneuvelde soldaten herbegraven op de centrale begraafplaats in Veltem-Beisem. Nu liggen er 904 Belgen op deze plaats begraven. Het merendeel van de doden viel bij de gevechten bij Haacht, Wespelaar, Keerbergen, Werchter en Rotselaar tijdens de Eerste en Tweede Uitval.

Op 02-01-1926 informeert de heer DAEMS, senator, bij de Minister van Landsverdediging of de familie VAN GISBERGEN geen recht heeft op ‘dotatie en achterstal’, ‘het pensioen werd vastgesteld op 400 fr. per jaar en zou betaald worden vanaf 1925,’ aldus de familie. Hij vraagt de Minister tussen te komen. Het antwoord van de legerleiding is duidelijk: ‘De begiftiging wordt enkel tot op den dag van het overlijden verleend.’

In 1935 richtten de oud-strijders van Rotselaar een monument op, ter herdenking aan de militairen die op dit grondgebied hun leven lieten. Dit monument huldigt het Vijfde Linie en de gesneuvelden in deze hardnekkige gevechten. Tevens is dit monument een eerbetoon aan 25 burgers van Rotselaar die als gevolg van hun weerstand, door de Duitsers werden gedood.

Op 26 september 1948 had in Rotselaar de naamgeving plaats van de Vijfde Liniestraat.