Van Nueten Pieter Jozef Marcel

Van Nueten Pieter Jozef Marcel

Naam: Van Nueten Pieter Jozef Marcel

Geboren te: Meerle

Geboren op: 1888-10-19

Overleden te: Hansbeke

Overleden op: 1918-10-23

Burgerlijke stand: ongehuwd

Laatst gekend adres: Hoogstraten(Meerle), Kerkstraat nr. 26, Meerle

Beroep: student

Petrus Jozef Marcel VAN NUETEN was een zoon van Wilhelmus Ludovicus VAN NUETEN (°Merksplas 04-11-1847) en Maria Cornelia SMITS (°Meerle 03-06-1856). Zijn ouders huwden in Meerle op 4 juni 1883. Voor zijn huwelijk was Lodewijk VAN NUETEN molenaar te Merksplas, na zijn huwelijk winkelier in Meerle. In het gezin werden negen kinderen geboren, allen in Meerle: Antonia Maria Anna (°04-12-1884), Gerardus Franciscus Vitalis (°12-02-1887), Petrus Josephus Marcellinus (°19-10-1888), Joanna Maria Julia (°19-12-1890), Maria Hortantia (°19-07-1892), Maria Carolina Adelia (°04-02-1894), levenloos (v) (°/+Meerle 30-04-1895), Anna Maria Martha Antonia (°26-11-1897) en Theresia Livina Maria Ludovica (°11-11-1902). Vanaf 1891 was Lodewijk VAN NUETEN burgemeester van Meerle. Tijdens de oorlog hield hij een dagboek bij waarin hij het leven in Meerle tekent, terwijl het dorp meer en meer gevangen raakt tussen de rijksgrens en de dodendraad. Hij schetst ook de problemen die hij als burgemeester had tijdens de Duitse bezetting. Hier en daar vernemen we mondjesmaat ook iets over de familie en krijgen we een zicht op het schaarse nieuws over Jozef VAN NUETEN die aan het front vecht. De twee broers van Lodewijk VAN NUETEN zijn ook burgemeester, de ene (Petrus Victor) in Merksplas, de andere (Josef) in Zoersel. Antonie (Antonia) en Hortence VAN NUETEN zijn waarschijnlijk het huis al uit en wonen in Merksplas. De oudere broer van Jozef, Vital VAN NUETEN woont blijkbaar met zijn gezin in Heverlee (bij Leuven). Adèle, Martha en Livina wonen nog thuis op de Kerkstraat nr. 26.

Op 21 december 1914 is het feest in Zoersel: E.M.L.V.N. (?) Lodewijk VAN NUETEN en zijn vrouw gaan naar Grazen om kleren te kopen. Grazen ligt in Nederland, in de gemeente Alphen-Chaam. ‘Ik heb al moeite om nog te passeeren. Alhoewel ik passen hadt te Chaam was er geen doorgang meer.’ schrijft hij in zijn dagboek.

In de loop van 1915 komt daar nog de beruchte dodendraad bij, een streng bewaakte versperring tussen het bezette België en het neutraal gebleven Nederland. De Duitsers volgen echter niet overal de grillige grenscontouren, waarbij o.a. de drie ‘bulten’ van de provincie Antwerpen worden afgesneden. De inwoners van Meerle – bovenaan in de middelste ‘bult’ – kunnen dus nog nauwelijks de landsgrens over naar Nederland en het wordt bovendien door de Duitsers veel moeilijker gemaakt om naar buurgemeenten in het eigen land te geraken. Familie bezoeken, schoollopen, winkelen, leveren van koopwaar,… wordt dus heel wat minder vanzelfsprekend.

Op 23 januari 1916 is het feest in Meerle: het Jubileum 1891-1916, 25 jaar burgemeesterschap van Lodewijk VAN NUETEN. Zijn broers en elders verblijvende kinderen krijgen geen toestemming om het feest bij te wonen.  

Lodewijk VAN NUETEN overlijdt te Meerle op 21 juni 1926, na 35 jaar burgemeesterschap.

Jozef VAN NUETEN was voor de oorlog secretaris van de Harmonie in Meerle en student. Jozef VAN NUETEN was voor de oorlog secretaris van de Harmonie in Meerle en student. Hij was oud-leerling van het Sint-Jozefcollege van Turnhout en staat op het gedenkteken van gesneuvelde oud-leerlingen van dit college. Hij was ongehuwd en woonde bij zijn ouders op de Kerkstraat nr. 26 in Meerle. Hij was ongehuwd en woonde bij zijn ouders op de Kerkstraat nr. 26 in Meerle.  

Pieter Jozef Marcel VAN NUETEN was van de lichting 1909 en begint dat jaar aan zijn dienstplicht.

Het is niet simpel met de schaarse gegevens uit zijn militair dossier en het dagboek van zijn vader, zijn aandeel in de oorlog te reconstrueren. Hij vervoegt zijn garnizoen op 1 augustus 1914 in Namen en behoort een tijd tot het 10de Linieregiment, later (tot aan zijn dood) tot het 20ste Linieregiment (beide regimenten maken deel uit van de 4de Infanteriedivisie). Hij heeft het stamnummer 2052. Hij is muzikant 5de klas in het 20ste Linie E.M. (Etat-Major) en volgens sommige documenten korporaal, volgens andere brancardier.

Van 1 augustus 1914 tot 24 augustus 1915 is Jozef VAN NUETEN in frontdienst. Het 10de Linie met hoofdkwartier in Namen, vecht eerst te Namen tussen het fort van Marchovelette en de Maas, daarna te Dendermonde en tijdens de slag aan de IJzer te Beerst en te Keiem.

Zijn vader noteert op 21 december 1914 in zijn dagboek: ‘De soldaten van Meerle schrijven nog al eens. Met zekerheid weten wij niet of er al eenen gesneuveld is. Van onzen Jozef niets meer ontvangen. Wij hebben hem al meermalen geschreven. Ten laatste is men niet meer gerust.’; op 4 januari 1915: ‘Vandaag portret van Jozef uit Engeland in burger, is vet geworden, zal binnen veertien dagen naar het leger terug moeten.’; op 4 februari 1915: ‘De heer Baaths van Merxplas was in Breda geweest en was bij mr. Derwig geweest en daar een brief gelezen van onze Jozef, dat hij nog 14 dagen hadt mogen rusten voor naar het front te gaan. Dat hij wat geld vroeg. Baaths gaf 20 fr. om hem te zenden dat wij hem teruggaven. Hij schreef een brief van 4 bladen vol patriotisme en moed en hij was tevreden. Hij was gedateerd van 20 Jan.’  Blijkbaar bevindt Jozef zich begin 1915 voor (minstens) 14 dagen in rust in Engeland en moet hij daarna weer naar het front.

In 1915 en 1916 bezet het 10de Linie achtereenvolgens de sectoren Pervijze, Nieuwpoort, Driegrachten, Booitshoeke, Diksmuide en Ramskapelle.

Eind augustus 1915 moet er iets gebeurd zijn waardoor Jozef VAN NUETEN voor een maand de rechten op begiftiging verliest. Hij wordt op 2 september 1915 veroordeeld en van 25-08-1915 tot 22-09-1915 in hechtenis gehouden. Wat er gebeurd is, konden we niet achterhalen. Op 18 augustus 1916 krijgt hij eerherstel.

Van 23 september 1915 is Jozef VAN NUETEN weer in frontdienst. Op 6 maart 1916 bericht zijn vader in zijn dagboek: ‘Wij ontvingen een brief van Jozef. Hij klaagt dat het koud en sneeuw is in de loopgraven, er zijn er velen die hunne teenen laten bevriezen en dat is zoo erg en pijnlijk. Hij is ook kwaad als alle soldaten op de BUK smokkelaars. Raad ze voor den laatsten Duitsch uit Belgie te zijn.’ Buk-smokkelaars zijn vrouwen en kinderen die met de hulp van Duitse soldaten margarine uit Nederland smokkelen. ‘Den buk is al aan 17 fr. de Kilog. Er komt er nog, maar niemand koopt hem, zeggen de smokkelaars, maar het is wel waar, daarom is men vergramd op hun,’ voegt hij eraan toe.

Op 11 mei 1916 schrijft Lodewijk VAN NUETEN: ‘Wij ontvangen een brief van Josef. Hij is gewond geweest tegen wagens met vervoer van materiaal. Hij was op 8 dagen hersteld.’.

Het 20ste Linie wordt pas op 27 december 1916 gevormd uit ontdubbelde eenheden van het 10de Linie en een Compagnie van het 12de Linie. Het 10de en 20ste Linie, die nu samen de 10de Brigade vormen, bewaken de sector Ramskapelle tot 19 maart 1917, maar op 3 februari 1917 ontvangt het thuisfront in Meerle een brief van Jozef waarin hij schrijft dat hij bij het muziek is in Dieppe. In Dieppe (havenstad in Normandië) bevindt zich een grote kazerne die het Opleidingskamp van het 10de Linie (C.I.10) herbergt. Op 19 mei 1917 heeft zijn vader het over een brief van Jozef die schrijft dat hij op 29 april drie portretten heeft opgestuurd, geen enkel is toegekomen.

De 10de Brigade bewaakt de sector Boezinge-Steenstraat tot 7 juli 1917. Na een rustperiode hernemen ze van 19 tot 30 november 1917 hun wacht in de loopgraven in de sector Luigem. Daarna zijn ze heel actief en maken veel krijgsgevangenen in de sector Bikschote, in de sector Woesten-Weidendreft (van 20 april tot 27 mei 1918), daarna in de sector Diksmuide (van 26 juni tot 20 september 1918).

Op 28 september 1918 wordt het bevrijdingsoffensief ingezet. Vele gevechten volgen en vele Duitsers worden krijgsgevangen genomen. Op de ochtend van 16 oktober 1918 is de Duitse nederlaag duidelijk. Over het ganse front van het 20ste Linie is de vijand in aftocht, achtervolgd door de Belgische troepen tot aan het Schipdonkkanaal (afleidingskanaal van de Leie), waar de Duitsers nog weerstand bieden. De Belgische troepen vestigen voorposten op de westelijke oever van het kanaal, een aanval wordt voorbereid door te proberen loopbruggen te leggen in het kanaal, maar dit mislukt. Zodra de dragers het kanaal naderen in een kaal en onbeschermd terrein, maait een hels Duits vuur de mannen neer. De verliezen aan Belgische zijde zijn enorm. Een van de gesneuvelden is op 23 oktober 1918 Jozef VAN NUETEN. Hij wordt getroffen door obusscherven en sterft in Overbroek, een gehucht van Hansbeke (in Oost-Vlaanderen).

Oorspronkelijk wordt hij begraven in Hansbeke, maar later worden zijn stoffelijke resten overgebracht naar de gemeentelijke begraafplaats te Meerle in graf nr. 4725. Zijn naam staat daar op het oorlogsmonument aan de kerk. Zijn portret staat ook op een herdenkingsprent die in Meerle gemaakt werd voor ‘Meerle’s Zonen’, hij staat op de bovenste rij, de tweede van links.

Op 21-03-1924 wordt het vonnis uitgesproken over zijn overlijden en wordt doorgegeven aan de gemeente Meerle om bij te schrijven in de registers van de burgerlijke stand aldaar.  

Op 12 december 1921 neemt zijn vader de juwelen van de Overwinningsmedaille en de Herinneringsmedaille in ontvangst voor zijn overleden zoon. Op 23-03-1923 worden Jozef VAN NUETEN postuum de onderscheidingen van Ridder in de Orde van Leopold II en het Oorlogskruis toegekend.  Op 12 november 1924 ontvangt vader Van Nueten te Meerle het kenteken van het Oorlogskruis en op 10 mei 1926 het juweel en brevet van de IJzermedaille voor wijlen zijn zoon.